De do’s en don’ts van het houden van een slang als huisdier
Een slang als huisdier is niet voor iedereen weggelegd. Voordat je er eentje in huis haalt, is het belangrijk om je goed in te lezen over deze dieren. Wij hebben de belangrijkste do’s en don’ts op een rijtje gezet, zodat je weet waar je aan toe bent.
Do’s
- Zorg ervoor dat je weet welke soort slang je in huis wilt halen. Er zijn veel verschillende soorten en elk heeft zijn eigen specifieke verzorging nodig. Informeer je dus goed.
- Zorg ervoor dat je een ruim terrarium of aquaria hebt, afgestemd op de grootte van de slang. Een albino koningspython heeft bijvoorbeeld een terrarium nodig van minimaal 180 cm lang, 60 cm breed en 60 cm hoog. Een terrarium dat te klein is, kan leiden tot stress bij de slang.
- Verzorg het terrarium met de juiste materialen. Slangen zijn namelijk erg gevoelig voor temperatuur- en vochtigheidsveranderingen. Zorg er dus voor dat het terrarium voldoende verwarmd en geventileerd is.
- Voer de slang regelmatig, maar niet te veel. Slangen kunnen maar een beperkt aantal voedingsstoffen opnemen, dus overvoeding kan leiden tot gezondheidsproblemen. Het is belangrijk om je te informeren over het voeden van slangen, want elke soort heeft weer andere eisen.
- Zorg ervoor dat je de slang regelmatig verzorgt. Slangen moeten bijvoorbeeld elke maand een bad krijgen en hun huid moet regelmatig gecontroleerd worden op eventuele parasieten.
Don’ts
- Koop nooit een slang op de zwarte markt of via een onbetrouwbare bron. Slangen die op deze manier in omloop zijn, zijn vaak ziek of hebben een gebrekkige vacht. Bovendien is het illegaal om wilde dieren te verhandelen.
- Wees voorzichtig met het aaien van de slang. Slangen zijn erg gevoelig voor trillingen en kunnen daardoor stress ervaren. Aai de slang dus alleen als het echt nodig is, bijvoorbeeld tijdens het verzorgen.
- Probeer nooit zelf een slang te fokken, tenzij je een erkende fokker bent. Slangen zijn erg kwetsbare dieren en het fokken ervan is een vak apart. Laat het dus over aan de experts.
- Vergeet niet dat slangen schuw zijn en veel rust nodig hebben. Stoor de slang dus niet onnodig en respecteer zijn rustplaats.
- Laat kinderen nooit alleen met de slang. Slangen kunnen namelijk erg snel schrikken en bijten. Bovendien is het niet verstandig om kinderen te laten wennen aan het idee van een slang als huisdier, omdat ze daar later misschien spijt van krijgen.
Als je je aan deze do’s en don’ts houdt, zal je slang je vast dankbaar zijn. Het is belangrijk om je te realiseren dat een slang niet hetzelfde is als een hond of een kat, en dat ze dus andere verzorging nodig hebben. Maar als je je goed informeert en je houdt aan deze regels, zal je er vast een leuke en gezonde slang aan overhouden.